Financiële zorgverlening gaat niet over cijfers, het gaat om mensen. Ieder mens heeft namelijk een eigen verhaal, eigen behoeften, eigen wensen. Deze staan niet vast, ze kunnen veranderen in de tijd. Nieuwe inzichten kunnen leiden tot een ander toekomstperspectief. Hoe? Ronald kan dat als geen ander vertellen.

“Jaren geleden kwam ik bij Kompas. In mijn jeugd heb ik niet geleerd om met geld om te gaan, ik wist niet goed hoe dat werkte. Mijn leven ging met ups en downs. Uiteindelijk kwam ik door mijn verslaving met Kompas in aanraking.

Om te kunnen afkicken, werd ik opgenomen in een kliniek. Vanuit de kliniek werd mij geadviseerd om beschermingsbewind aan te vragen. Mijn geldzaken zouden worden beheerd door een ander. Wat dat met me deed? Ach, op dat moment dacht ik: zij zeggen het, dus het zal wel goed zijn.  Een inkomen had ik alleen nog niet geregeld en ik had schulden.

De kliniek vormde een veilige omgeving voor mij. Na deze opname werd mijn volgende stap begeleid wonen. Toen ik weer op mijzelf ging wonen, ook al was het begeleid, werd ik blootgesteld aan heel veel prikkels. In de stad gebeurt veel. Dat was een groot verschil met de veiligheid van de kliniek. Het voelde alsof ik werd vrijgelaten uit een kooi. Ik ging ervan stuiteren. Eigenlijk leefde ik volledig in het hier en nu, ik dacht niet na en stond niet stil bij de gevolgen van mijn keuzes. Kon ik geen tv kijken? Dan regelde ik een abonnement. Opgelost. Althans dat dacht ik. Een inkomen had ik namelijk nog steeds niet geregeld. Ik wist dat ik zelf een uitkering moest aanvragen, maar steeds stelde ik het uit. Het regelen van zaken vond ik lastig. Hulp vragen ook. Hierdoor stapelden problemen zich opnieuw op. Ik viel terug in gebruik.

In die tijd dacht ik alleen maar aan mijzelf en niet aan mijn medebewoners. Ik wilde scoren en gebruiken. Door deze terugval stond ik op straat. Her en der vond ik voor de nacht onderdak, maar ik was dakloos en vol in gebruik. Toen kwam het moment dat ik mij realiseerde dat ik op het dieptepunt was. Mijn familie verbrak het contact. Verder dan dit kon ik niet zakken. Ik was op. Dit inzicht heeft mij uiteindelijk gemotiveerd.

Begeleiding voelde aan dat ik niet goed op mijn plek zat bij het begeleid wonen. Ze hielpen mij te zoeken naar een andere woonvorm, beschermd wonen. Hier is meer zorg aanwezig en je hebt meer aanspraak. Er werd een plek gevonden en ik verhuisde.

Hier ben ik op eigen kracht gaan afkicken, in mijn eigen huis. Begeleiding hielp mij hier bij, maar ik ben niet opnieuw opgenomen in een kliniek. Het lukte! Stap voor stap probeerde ik de draad op te pakken. Ik ging vrijwilligerswerk doen. Dit zorgde voor ritme in mijn leven en langzamerhand kon ik weer gaan voorzien in mijn eigen basisbehoeften. Mijn werkbegeleider speelde hierin een cruciale rol. Hij zag mij elke dag, maar belangrijker nog hij zag hoe het met me ging. Hij hield mij een spiegel voor, waardoor ik zag hoe ik mij gedroeg. Geen therapie, maar een realistische benadering zonder dreiging van sancties. Ik ging zelfstandig wonen, zelf koken, ging sporten, had mijn werk en ben in die tijd gestopt met roken. In plaats van alleen maar te kijken naar het hier en nu, zorgde de veranderde omstandigheden dat ik perspectief voelde. Dit maakte dat ik kon gaan nadenken over de toekomst. Wat wilde ik eigenlijk zelf? Waar liep ik tegenaan? En waarbij zou ik hulp kunnen gebruiken.

De bewindvoerder zorgde ondertussen voor mijn geldzaken. Dat was echt heel belangrijk. Doordat ik mijn financiën had kunnen loslaten, kon ik mij focussen op de andere gebieden waar ik problemen had. De financiële basis stond, daar hoefde ik mij geen zorgen over te maken. Mijn schuldensituatie werd gestabiliseerd en inmiddels ben ik schuldenvrij. Doordat ik mijn leven stukje bij beetje meer op de rit kreeg, ontstond ook de behoefte om realistischer naar mijn eigen financiën te gaan kijken. Eerder keek ik alleen maar op de korte termijn, nu voelde ik de ruimte om steeds meer en serieuzer na te denken over de lange termijn. Mijn bewindvoerder heeft mij altijd gesteund en geholpen om zelf grip te (leren) krijgen op mijn geldzaken.

“Ik heb geen gat in mijn hand, ik heb gewoon geen handen”

Ik ben iemand van uitersten. Inmiddels weet ik dat ik niet goed met geld om kan gaan. Heb ik geld in handen? Dan moet ik goed opletten dat ik het uitgeef aan de juiste dingen. Ik heb geen gat in mijn hand, ik heb gewoon geen handen. Daardoor ben ik juist heel zuinig gaan leven. Mijn bewindvoerder liet mij zelf op onderzoek uitgaan en hielp me waar nodig. Zo ben ik zelf kritisch gaan kijken naar mijn vaste lasten en ben ik zelf gaan nadenken of dingen anders konden. Kon ik bijvoorbeeld ook met een goedkoper abonnement voor mijn mobiel? Had ik nog abonnementen lopen waar ik eigenlijk geen gebruik meer van maakte? Door te snijden in mijn vaste lasten hield ik geld over. Ik kon gaan sparen. Van dat geld ben ik mijn scooterrijbewijs gaan halen en dat betekende voor mij meer vrijheid. Ik vond een nieuwe reguliere baan, waar ik op mijn scooter naartoe kon. Daarna ben ik gaan sparen voor mijn autorijbewijs. Ook dat is gelukt. Mijn volgende spaardoel is een auto.

Mijn bewindvoerder werd steeds meer een coach. Dat is het moment geweest dat ik heb aangegeven dat ik wel zou willen stoppen met het bewind. Kompas was het daarmee eens. Ik heb een verzoek tot opheffing van het bewind ingediend bij de rechtbank en mijn bewindvoerder heeft tegen de rechter gezegd ervan overtuigd te zijn dat ik het zelf zou kunnen. Met nog een beetje hulp, maar niet langer door middel van bewind.

Nu maak ik nog gebruik van budgetbeheer bij Kompas. Mijn doel is dat ik het totaalpakket, waar ik nu nog gebruik van maak, kan afbouwen naar een basispakket. Mijn contactpersoon houdt een coachende rol en is op de achtergrond aanwezig voor een helpende hand of overleg.

De opheffing van het bewind maakte mij trots! Waar andere mensen hun financiën helemaal zelf kunnen beheren, heb ik een beetje hulp nodig van Kompas. Dat heb ik geaccepteerd. Ik weet dat ik niet goed om kan gaan met post en geld, dus dat laatste beetje hulp laat ik ook niet los. Dat geeft ook niet. Ik heb nu wel weer het gevoel dat ik mee kan doen in de maatschappij.

Terugkijkend heeft het bewind mij ruimte en lucht gegeven. Er viel een last van mijn schouders. Mijn tip voor anderen? Blijf  je realiseren dat jouw geld 1 pot nat is. Een gedeelte staat veilig bij de bewindvoerder, maar samen met je leefgeld blijft het jouw geld. Wees dus eerlijk naar jezelf.

Mijn contactpersoon bij Kompas was en is mijn stok achter de deur. Dwingend als ik het nodig heb, duidelijk in de communicatie, afspraak is afspraak.”